zondag 26 juni 2011

Rijdende kerstboom

Veertig kilometer stond er op de teller toen ik wegreed. Inderdaad, spiksplinternieuw karretje. Te leen, van mijn kleine zus. Het is wel even wennen als je de blauwe buffel gewend bent. Bij gas word je in je stoel gedrukt, bij remmen zit je met je neus tegen de voorruit. Het is een heel andere beleving.

Overal knipperen lampjes en gaan metertjes wild heen en weer. Ik heb werkelijk geen idee waar dat allemaal voor dient en dat hou ik ook maar zo. Kijk, bij de buffel is alles simpel, olielampje, benzinelampje en dat is het zo ongeveer, dat kan ik allemaal nog net bevatten.

Eén van die nieuwerwetse dingen die geheel automatisch bediend worden is het aan- en uitgaan van de koplampen. Praktisch wel, rij je een tunnel is dan gaan de lampen aan, je raadt het al, rij je er weer uit dan gaan ze geheel uit zichzelf weer uit. Het bestaat al veel langer, dat weet ik, maar voor mij was dit een geheel nieuwe ervaring. Het blijkt nu dat die sensoren een beetje nerveus zijn ingesteld. Ik rij vanochtend op de ring van Antwerpen, wie die weg kent weet dat er om de paar honderd meter een brug over de snelweg hangt, van kleine voetgangersbruggetjes tot vierbaanswegen. Nu blijkt de sensor bij elk bruggetje, hoe klein dan ook, te denken dat er een tunnel ingereden wordt. Dus die hele ring lampen aan ... lampen uit ... lampen aan ... lampen uit. Ik leek wel een rijdende kerstboom.

Maar, eerlijk is eerlijk, het was supercomfortabel. Of ik hem zou willen ruilen met de buffel? Zeer verleidelijk, maar dat gaat me te ver, na al die jaren van trouwe dienst.

2 opmerkingen:

De Heer des Huizes zei

Wilt dat niet meer doen, fotos maken aan 265 km/h en 8000 toeren! Terwijl de motor kookt, de benzine op vol staat en leeg is en het lampje PAS OP STUUR! brandt!

Philippe LeS. zei

Kraaiend van plezier stuurde de kleine zijn blauwe buffeltje rond de calvaire, blij als hij was dat hij van zijn moeder eindelijk weer eens alleen buiten mocht spelen. Maar wat was dát? Dat leek warempel meneer pastoor wel. Nou jongens, het wás ook meneer pastoor, met zijn kekke wagentje en op proefverlof. "Pompom piedom, je moeder niet huis? Fiederalala, fiederehupsasa, kom jij maar 's gezellig mijn nieuwe metertjes bekijken. Mooi hé, en kijk de regensensor staat aan, maar oeps joechei, die kan nu wel weer uit en nu wegwezen, jong!"

En zo zie je maar weer, na regen komt zonneschijn!

Philippe Lesiffleur,
Trouvaille s/Géry