Vanochtend, zoals al aangekondigd, een rondje bricodepot. Gipsplaten zat in huis gehaald om kamer één helemaal af te maken. Bovendien hebben we ook de deur meegenomen, én die van de badkamer. Niets staat ons meer in de weg.
We waren net terug en zaten in de gite even uit te puffen, met een kopje thee, toen er ineens vlakbij twee reeën stonden te grazen. Op een meter of 30 stonden ze, een mannetje en een vrouwtje. Wat een prachtig gezicht. We hebben ze een hele tijd gadegeslagen, nauwelijks ademenend uit angst ze weg te jagen.
Maar daarnet, rond zes uur, werd er op de voordeur geklopt. Er stonden twee mannen waarvan de ene zich voorstelde als de eigenaar van Atos, jeweetwel, de hond van afgelopen maandag. Hij had een kadootje voor ons meegebracht.
EEN KWART REE!! Hij vertelde er trots bij dat het dier pas anderhalf uur dood was, het was hier vlakbij geschoten ....
2 opmerkingen:
Ooh wat een mooi stukkie vlees! Ik ben jaloers. Mag ik het voor u klaarmaken? Ik droom al kwijlend weg bij de gedachten dat ik het marineer in een mooi diep rode lokale wijn, larderen met peperkorrels, kruidnagelen, laurierbladeren en ......
Presenteren met een mooie puree met kastanjes en een fijn glas stevige rode wijn ...
U roept maar hoor!
Maître Paul,
Stagiar bij Le Garage
Kraaiend van plezier speelde de kleine verstoppertje met Bambi, zijn nieuwe vriendje uit het bos. Maar wat was dát? Dat leek warempel buurman wel. Nou jongens, het wás ook buurman, met een houwitser achter zijn grand buffle. "Doet es even een stukje opzouten, ventje", sprak buurman fingevoelig, "en hou ook 's op met dat gekraai, dat weten we nu wel, dat werkt voor geen meter, laat mij maar even. Pompom piedom, ces féroces tomates? Aux armes, Citroëns!"
"Knal, boem, beng klabang," deed de houwitser. "En klaar is Kees alweer", voegde buurman er opgeruimd aan toe. "Gewoon een kwestie van goed gereedschap gebruiken. Nou graag, meneer Bert, dat sla ik niet af. Wat dacht u, zal ik maître Paul even uit de garage halen, of eten we ze rauw deze keer? Mmmm, eigen destillaat?"
En zo zie je maar weer, jongens, een goede buur is beter dan een slechte buur, nietwaar?
Philippe LeSiffleur,
Trouvaille lès-Biennes
Een reactie posten